skip to main content

Graven in de Prinsengracht

18 juli 2024

Als 5-jarige keek Jetze Dijkstra al mee in de kraan van zijn vader, nu manoeuvreert hij zelf in zijn kraan met gigantische stukken kademuur op de Prinsengracht. “We hebben veel publiek, mijn foto zit in vakantiealbums over de hele wereld.”

Jetze Dijkstra is kraanmachinist. Maar als je verwacht dat hij meters boven de stad zweeft in zo’n cabine aan een hoge kraan, dan kom je bedrogen uit. Want wat kinderen een ‘happer’ noemen, heet officieel ook een kraan. En die van Jetze staat op een ponton middenin de Prinsengracht goudgeel te glimmen. “Beens Groep, mijn werkgever, had zo’n graafmachine nodig voor dit project. Ze vroegen of ik ermee wilde werken. Hij is splinternieuw en ik ben zo’n beetje de enige die ermee werkt.” Eigenlijk is het dus ‘zijn’ kraan, maar zo wil hij het niet noemen. “Ik pas er goed op. Elke week maak ik ‘m schoon. Troep in de cabine? Binnen roken? Ben je nou gek. Ik trek m’n schoenen uit voordat ik erin stap, ik wil het binnen netjes houden.”

Praten over kranen

Als jochie van 5 wist Jetze al dat hij kraanmachinist wilde worden. “Ik ging met mijn vader mee naar zijn werk. Dan mocht ik achter zijn stoel staan en keek ik wat hij allemaal deed. Prachtig. Later werkte ik in de zomervakantie met hem mee. Thuis gingen de gesprekken aan tafel altijd over kranen, m’n moeder werd er wel eens gek van. Na een opleiding van twee jaar kon ik zelf aan de slag.”

Een kijkje in de cockpit maakt duidelijk dat kraanmachinist geen eenvoudige klus is. In het glazen hokje van amper anderhalf bij een meter steken twee grote handels uit de vloer, die de rupsbanden aansturen. Als Jetze als een koning op z’n troon zit, de grote zwarte stoel in de cabine, houdt hij in elke hand een soort joystick. Daarmee stuurt hij zelfs de subtielste bewegingen van de grijparm, de lepel en de machine. Op een klein computerscherm ziet hij het terrein voor en achter de kraan, het doet denken aan een achteruitrijcamera in de auto. “Je moet als kraanmachinist alles tegelijk kunnen doen”, legt Jetze uit. “En ondertussen goed om je heen kijken.”

Sloep, waterfiets, rondvaartboot

Want in de omgeving gebeurt nogal wat. Rondvaartboten tuffen voorbij, Amsterdammers in hun sloepjes pruttelen door de gracht en toeristen weten zelfs op de waterfiets de weg kwijt te raken. “Toen we grote kadedelen heen en weer moesten hijsen, hebben we een slagboom op het water gemaakt. Dan moest de rondvaartboot maar even wachten, want je wilt niet weten wat er gebeurt als zo’n betonnen schort op de boot zou vallen.” Maakt de toeristen niet uit. Ze vinden de bouwwerkzaamheden bijna net zo interessant als de gouden bocht en het Rijksmuseum. “We zwaaien altijd als de mensen voorbijvaren. Hoe vaak wij wel niet op de foto zijn gezet, m’n collega’s en ik. We zitten in fotoalbums over de hele wereld.”

Kraan op ponton in de gracht met een prefab betonnen damwand

Vanaf een ponton brengt Jetze met zijn kraan prefab betonnen damwanden in positie

Vis in het water

Werken bij het water vindt Jetze het mooiste werk. Baggeren, dijken bouwen, hij voelt zich als, nouja, een vis in het water. Werken aan de Amsterdamse grachten past in dat rijtje. “Wanneer kun je nou werken op zo’n bijzondere plek? Als wij beginnen om zeven uur, is de stad op z’n mooist. De stappers zijn gaan slapen, de kantoormensen zijn nog niet op weg, de grachten zijn stil.”

Aan de Prinsengracht kwamen Jetze en de kraan in actie bij het installeren van de damwanden. Zorgvuldig hingen ze de bewapening in buispalen en schoorpalen. Ook hielp de kraan bij het storten van beton en het lassen aan de deksloof. Oude kademuren weghalen, zand afgraven, houten palen omhoog halen: Jetze doet het allemaal even graag. “Werken in die oude ondergrond zoals hier is mooi. Je ziet van alles boven komen. Oude potten, pannen, zelfs pijpenkoppen uit de zeventiende eeuw, het komt allemaal omhoog uit dat zand. Je kijkt eigenlijk naar de geschiedenis.”

Opvolgers

Jetze heeft drie zoons, Jelle, Thieme en Siem. Drie troonopvolgers om de familietraditie voort te zetten? “De oudste is pas vier. Hij speelt thuis vaak met auto’s en machines. Als het een beetje rustiger is, neem ik ‘m een keer mee hier naartoe. Vindt hij vast net zo mooi als ik vroeger.”

Deel jouw mening

Bekijk ook