Jonge bruggenbouwers

Het is deze ochtend behoorlijk onrustig in groep 7 van de Zuiderzee. De kinderen gaan een quiz doen over de bruggen en kademuren, onder leiding van quizmaster extraordinaire Anna Aarts. Maar eerst komt er nog een mystery guest. Wie zal het zijn?

“Is het een man? Is het een vrouw? Is het een mens?”: de vragen vliegen Anna om de oren. Het enige wat de kinderen weten is dat de gast ze iets komt vertellen over het Amsterdam Light Festival en de bruggen en kademuren in de stad.

“Zal ik haar er dan maar bij halen?”, vraagt Anna. “Jaa!”, klinkt het door de klas. Nieuwsgierige ogen staren naar Fenne Keulstra als ze in een oranje veiligheidsjas en met een werkhelm op de klas in loopt. Nu is het aan de klas om te raden wat voor werk Fenne doet. De kinderen praten druk door elkaar heen en noemen van allerlei beroepen. Van verkeersregelaar tot bouwer, maar ook vuilnisvrouw en kraanmachinist komen voorbij. Als eerste aanwijzing krijgen ze een film te zien over de werkzaamheden aan de bruggen en kademuren.

Zo veel bruggen?!

Na de film vraagt Anna waarom ze de bruggen en kademuren aan het vervangen zijn. Er gaan meerdere vingers de lucht in. “Omdat de kademuren heel oud zijn. En omdat ze heel lang geleden zijn gemaakt voor paard en wagen, en niet voor auto’s en vrachtwagens.” Wanneer Anna vertelt dat er meer dan 1200 bruggen in Amsterdam zijn, stijgt er een verbaasde “zo veel?!” op uit hun kelen. Maar die ene vraag blijft nog: wat voor werk doet Fenne?

Dat denken de kinderen nu wel te weten: Fenne is bruggenbouwer! Bijna goed. Fenne legt uit dat ze een teamleider is bij Arcadis. Dat is een ingenieursbureau dat de gemeente helpt bij het herstellen van de kademuren. Zelf bouwt Fenne geen brug of kademuur, maar ze stuurt wel de mensen aan die ze maken. Ook zorgt ze ervoor dat alle vergunningen geregeld zijn en dat de juiste mensen en machines op de bouwplaats aanwezig zijn. En die jas en helm dan? Die heeft ze nodig omdat ze regelmatig een kijkje neemt op de bouwplaats.

Bouwen aan je eigen brug

Nu ze weten wat Fenne doet, is het tijd voor de kinderen om zelf aan de slag te gaan. Ze gaan een brug bouwen. Fenne legt uit hoe ze die met kranten, tape en een stuk pvc-buis kunnen bouwen. De brug moet breed genoeg zijn om er een gele speelgoedvrachtwagen over te laten rijden en sterk genoeg om meerdere boeken te dragen. De kinderen zijn enthousiast en beginnen gelijk met het verdelen van de rollen. Wie wordt de ontwerper, wie de bouwer en wie is de planner van het groepje?

Er wordt getekend, geknutseld en 1 kind zit rustig uitgebreid een stuk krant te lezen. 1 groepje werkt in een lopende band, waarbij de één de kranten aan het rollen is en een ander de tape afscheurt en aan de zijkant van de tafel plakt. Bij een ander groepje verrijst langzaam een indrukwekkend bouwwerk. Weer een ander groepje is zo slim om Fenne erbij te halen en te vragen hoe ze het beste een stevige brugconstructie kunnen bouwen.

De spanning stijgt

 “Jullie hebben nog een kwartier”, zegt Anna. De kinderen werken nog harder en de spanning stijgt. “Nog 5 minuten!”, klinkt het even later. De paniek slaat toe. Snel, snel nog wat tape losmaken en ergens anders weer vastzetten. De gele speelgoedvrachtwagen gaat door de klas en net op tijd zijn alle bouwwerken klaar voor de grote test.

Vol spanning kijken de kinderen toe hoe hun brug het er vanaf brengt. 1,2,3 maar liefst 7 zware boeken moeten er aan te pas komen voordat de sterkste brug bezwijkt. Vol trots kijkt de winnende groep toe. Het bouwen van een brug is best wel heel erg stoer.