skip to main content
Dubbelportret van twee lassers, vader en zoon Dobber, zittend op de damwand aan de Nieuwe Herengracht

Lassers op de gracht

17 oktober 2024

1

Elke werkdag rijden vader Ron en zoon Rick Dobber voor dag en dauw van Akkrum in Friesland naar hartje Amsterdam. Aan de Nieuwe Herengracht werken ze mee aan de bouw van een nieuwe kademuur. Met hun laswerk zorgen ze dat de kadeconstructie de komende 100 jaar weer sterk en stabiel staat.

De schaft zit er net op, Rick is alweer aan het werk, maar Ron heeft nog wel even tijd om wat te vertellen over zijn laswerk aan de Nieuwe Herengracht. “Op het moment zijn we bezig met de ankerstoelen”, vertelt hij. “Dat zijn stalen profielen die de damwand verbinden met de ankers die de grond ingaan”

Even voor de duidelijkheid: bij een kademuur zie je niet aan de buitenkant dat binnenin een hele constructie van stalen buispalen, balken, gordingen en ankers schuilgaat. Voordat je daar de betonnen kademuur aan hangt, moet je zorgen dat die constructie sterk en stabiel is. “En dat doe je door te lassen”, vertelt Ron.

Schepen, tanks en damwanden

Hij kan het weten, want hij doet dit werk al 35 jaar, sinds 1989. “In het begin deed ik heel veel verschillend laswerk. In constructie, in de tankbouw en de scheepsbouw, buiten en in grote fabriekshallen, van alles. Zo heb ik al die verschillende manieren van lassen ook goed onder de knie gekregen, dat is toch een kwestie van ervaring.”

Zo’n 15 jaar geleden kwam hij in de damwanden terecht. “Dat is toch fijner, dat je altijd lekker fris buiten kan werken. En het is ook afwisselend, omdat wij meestal bouwen en lassen. We stellen de verschillende onderdelen van de constructie, en vervolgens lassen we die aan elkaar.”

Een smeltbadje van 7000 graden

Dat doen ze met een MIG-MAG lasapparaat. Dat apparaat maakt een elektrische lading waardoor een vlamboog ontstaat die zo heet is dat de twee delen die je aan elkaar wilt lassen smelten. In het apparaat zit een metalen draad die automatisch afwikkelt en ook smelt. De gesmolten draad vult het gedeelte tussen de twee te lassen delen.

Ron: “Het smeltbadje dat zo ontstaat is wel 7000 graden, daar moet je dus niet je hand in steken. Als het vloeibare staal is gestold, heb je een heel sterke verbinding.” Het apparaat voegt automatisch een gasmengsel van CO2 en argon toe waardoor er moeilijk zuurstof bij kan komen. Zonder dat gas zou het materiaal verbranden.

Vloeiend en met vaste hand

Vroeger kon je buiten niet MIG-lassen, omdat je het materiaal door de wind niet tegen de zuurstof kon beschermen. Maar tegenwoordig hebben ze betere lasdraden waar een poeder in zit met gas dat nog eens extra bescherming biedt. “En als je een beetje om kan gaan met de wind, beetje afschermen, soms met je hand erbij, dan krijg je geen bruis en gaat het goed. Bruis is dat je gas wegwaait en er zuurstof bij je lasbad komt. Dan krijg je belletjes en gaatjes.”

Voor het beste resultaat moet je zorgen dat je je werk zo geconcentreerd en ontspannen mogelijk kunt doen. Dus vooral niet verkrampen, anders wordt het een zooitje, volgens Ron. Als het kan, kies je een comfortabele houding. En dan vloeiend met vaste hand de las maken. ”En vooral goed doorademen, anders ga je te veel aanspannen en dan ga je trillen.” Maar ja, soms is dat makkelijker gezegd dan gedaan. Probeer maar eens ontspannen te blijven in een hele krappe ruimte waar het loeiheet is en op het water schommelt!

Vader en zoon

Ondertussen is ook zoon Rick aangeschoven in de schaftkeet. Sinds zo’n 6 maanden werkt hij met zijn vader op verschillende projecten. Elke dag samen uit en samen thuis. “Dat gaat prima”, zegt Rick. “En op zo’n klus zoals hier in Amsterdam is het ook leuk. Zeker op het water. Er is altijd wel wat te zien als we even de benen strekken of aan het schaften zijn.” Elke dag vertrekken ze rond 5 uur ’s ochtends vanuit Akkrum. Om half 7 zijn ze in Amsterdam.

Dat is een vroege start, maar ze vinden het prima zo, vader en zoon. Ron: “Het is mooi werk, en als je zorgt dat je je afspraken nakomt, heb je een vrij bestaan.” En ze komen ook op allerlei verschillende plekken. Nu nog een paar dagen in Amsterdam, maar binnenkort ook weer samen een paar maanden op Curaçao. Daar werken ze aan het World Sea Aquarium. Rick: “Dat is een groot observatorium met een restaurant onder water. Dan zie je aan de ene kant de dolfijnen zwemmen en aan de andere kant alle vissen in het rif. Nou, dat haalt de krant wel.”

Wat er na Curaçao komt, dat zien ze dan wel weer. Er is genoeg werk voorhanden, zeker hier in Amsterdam met al die gebouwen die je moet stutten en al die kademuren die ze hier bouwen. Wie weet waar in de stad ze dan weer terechtkomen.

Deel jouw mening

Petra van den Berg

Prachtig verhaal!

Tom de Jong

Vakmannen!!